Wat maakt ons nu echt gelukkig? Mijn eerste antwoord zou zijn dat iedereen om mij heen gelukkig en gezond is, en ikzelf natuurlijk ook. Maar ik ben ook wel gevoelig voor materialistisch geluk, meer dan dat ik soms zou willen.

Geluk zou je kunnen verdelen in twee categorieën:

  1. Gelukkig zijn op een bepaald moment
  2. Je ‘vervuld’ en voldaan voelen

De Griekse benamingen hiervoor zijn Hedonistisch en Eudemonistisch geluk.

Hedonistisch geluk, ook wel gelukkig zijn op een bepaald moment. Dit is het snelle genot, het onmiddellijke plezier, ”I want it, I got it!”. Het probleem is dat deze dingen ons in het moment wel even gelukkig maken, maar dit blijft niet zo. We wennen eraan en verlangen naar meer.

Eudemonistisch geluk heeft veel meer betekenis. Het is tevredenheid in combinatie met ons welbevinden. Het woord Eudemonistisch verwijst naar de Griekse term daimon. De vervulling van ons ware ik. Als je alles hebt bereikt in je leven wat je wilt zijn, dan ben je gelukkig.

Makkelijk toch, dan zouden we allemaal moeten streven naar Eudemonistisch geluk. Of tóch niet? Nee. Want we hebben aan beide behoefte. Want pas als we plezier hebben in wat we doen, komen we tot tevredenheid in ons welbevinden.

Als we vanalles willen en we kunnen het niet krijgen worden we juist ongelukkig. Vooral in het Boeddhisme ligt daarom juist de focus op de leer van het ”niet verlangen”. De Westerse cultuur wilt het verlangen juist zoveel mogelijk vervullen.

Welk geluk ervaar je zelf het vaakst. En betekent dit dat je je verlangens onder controle hebt? Of ben je net als ik ook wel gevoelig voor het ”snelle genot”.



Bron: Style, C (2011) De kracht van positieve psychologie. Deltas.