Peuters en kleuters kunnen gewoon echt een uitdaging zijn als het gaat om opruimen. De verleiding is groot om het dan maar even snel zelf te doen. Maar ja, daar leren ze natuurlijk helemaal niks van. Het is ook wel eens fijn als je zelf minder rommel hoeft op te ruimen, vooral als jij die rommel niet eens zelf gemaakt hebt. Daarom wat tips die in de kinderopvang regelmatig gebruikt worden!
- Ruim op vaste momenten op
Dit kan bijvoorbeeld zijn: opruimen voor elk eetmoment, bij het van huis weg gaan, voordat een kind naar huis gaat (bij de opvang/bij een speelafspraakje).
Doordat je werkt met vaste momenten weten de kinderen heel goed wat er van hun verwacht wordt. - Eerst opruimen, dan iets nieuws
Houd goed in de gaten wanneer er iets nieuws gepakt wordt om te spelen en leer het kind eerst op te ruimen voordat hij iets nieuws pakt.
Ook kun je werken met een keuzebord, dit wordt ook vaak gebruikt op school in de onderbouw. Uit eerdere ervaring weet ik dat dit heel prettig werkt en vanaf 2 jaar al prima is toe te passen. Het stelt ook niet veel voor. Fotootjes van het speelgoed op een bord en een foto van het kind/de kinderen.
Het kind kan zelf zijn foto ophangen waar hij wilt spelen en verplaatsen als hij met iets anders wilt spelen. In plaats van álles uit te halen leert het kind een keuze maken en wordt hij zelf verantwoordelijk gehouden voor het opruimen ervan. - Geef van te voren aan wanneer je wilt dat er opgeruimd wordt
Ik probeer altijd aan te geven dat het bijna opruimtijd is. Vaak zijn kinderen nog zo in hun spel dat het opruimen ze echt kan overvallen. Dus om weerstand te voorkomen en de ruimte te geven het spel af te maken zeg ik: ”Nog heel eventjes en dan gaan we opruimen!” - Zing een opruimlied
Opruimliedjes genoeg, zoek maar eens op YouTube! Ook dit kan zorgen voor duidelijkheid. Door een vrolijk liedje te zingen krijgt het ook meteen een positievere lading. - Maak gebruik van een timer
Dit kan op verschillende manieren, met een zandloper, aftellen, de tijd van een liedje…etc. - Geef een duidelijke opdracht
Zeg bijvoorbeeld: ”Jij ruimt alle blokken op, en Pietje alle auto’s”, of geef het kind de opdracht vijf dingen op te ruimen. Je kunt dan samen aftellen hoeveel hij nog moet. - Zorg voor een goed opbergsysteem
Als een kind niet weet waar het speelgoed moet, motiveert dat natuurlijk ook niet echt. Ik vind bakken met een afbeelding van het speelgoed erop heel prettig werken voor deze leeftijd. - Ruim samen op
Als je meehelpt is het meteen gezelliger. Ook voelt de berg zo wat minder groot voor het kind. - Ga samen iets leuks doen als alles is opgeruimd
Na het opruimen bijvoorbeeld even samen een boekje lezen op de bank. En natuurlijk mag ook benoemd worden dat er goed is opgeruimd. Vooral in het begin, wanneer het nog niet helemaal vanzelf gaat.